Totaal aantal pageviews

Posts tonen met het label overdenking. Alle posts tonen
Posts tonen met het label overdenking. Alle posts tonen

dinsdag 11 november 2025

Als iedereen op je leunt

 “Soms merk je pas hoe diep een gewoonte zit als je probeert haar te doorbreken. Ik dacht dat ik geleerd had om los te laten — maar misschien is loslaten niet iets wat je één keer doet, maar elke dag opnieuw probeert”.

In december stopte mijn hart.
Geen metafoor, geen dichterlijke overdrijving — gewoon, letterlijk. Stilte, paniek, sirenes. Een paar seconden waarin alles ophield. Daarna de traagheid van herstel: ziekenhuisgeluiden, de geur van ontsmettingsmiddel, gesprekken die half aan me voorbijgingen.
Er kwam een moment waarop ik het zelf hardop zei: “Ik kan niet meer voor iedereen klaarstaan.”
Ik zei het tegen mijn man, mijn kinderen, mijn ouders, mijn broer. Ze knikten. Ze zeiden dat ze het begrepen. En ik geloofde ze. Even dacht ik dat dit het keerpunt was.
De weken daarna voelde ik een vreemde rust. Alsof ik eindelijk mocht ademen zonder schuldgevoel. Ik deed minder. Ik luisterde naar stilte. Ik leerde “nee” zeggen — of dacht dat ik dat leerde.

Maar bijna een jaar later merk ik hoe stilletjes de oude patronen terug kruipen.
Het begint onschuldig.
“Jij weet dat vast wel.”
“Kun jij even bellen?”
“Wil jij met haar praten?”
En ik, die het zo goed had voorgenomen, glijd langzaam terug in mijn vertrouwde rol: de oplosser, de luisteraar, de raadgever.

Ik weet precies hoe het gebeurt. Iemand vertelt iets, er valt een korte stilte, en ergens in die stilte voel ik een drang. Niet omdat ze het vragen, maar omdat ik het voel. Een soort trek in mijn borst: ik moet dit oplossen, ik moet het lichter maken.
Het is geen bewuste keuze, eerder een reflex. Ik hoor mezelf geruststellen, relativeren, meevoelen. Ik zie mijn handen die alweer iets regelen. En ondertussen zakt mijn eigen energie ongemerkt naar beneden. Dat is het gekke aan zorgen: het lijkt op liefde, maar het kan ook een vorm van controle zijn. Als ik alles oplos, blijft de wereld tenminste overzichtelijk. Er gaat niets mis, niemand valt. Alleen ik, soms.

Na mijn hartstilstand zei ik tegen mezelf dat ik moest leren loslaten. Maar loslaten is niet één besluit. Het is een dagelijks gevecht met de oude overtuiging dat mijn waarde zit in wat ik voor anderen beteken. Ik denk terug aan iets wat ik jaren geleden schreef: dat loslaten niet betekent dat het me niets meer uitmaakt, maar dat ik besef dat ik het niet voor een ander kan doen. Dat blijft waar, alleen nu voelt het persoonlijker dan ooit.
Ik merk het vooral binnen mijn familie. Daar waar loyaliteit en liefde door elkaar lopen.
Als het om familie gaat, slik ik mijn “nee” nog steeds te vaak in.
Het zijn de mensen die me het meest raken, en tegelijk het moeilijkst kunnen verdragen dat ik niet meer alles kan dragen. Ze zijn begripvol, oprecht zelfs, maar naarmate de tijd verstrijkt, schuiven we langzaam terug naar het oude evenwicht. Alsof de wereld vanzelf weer zoekt naar hoe het ooit was.
En ik laat het gebeuren, deels uit liefde, deels uit gemak. Want als ik niet de stabiele factor ben, wie ben ik dan? Wat blijft er over als ik niet degene ben die luistert, troost, regelt, oplost?

Misschien stilte.
Misschien ruimte.
Misschien iets wat ik nog niet ken.

Soms probeer ik het: even níet reageren. Gewoon luisteren en niets zeggen. De stilte laten bestaan. En dan zie ik hoe anderen zich ongemakkelijk bewegen, zoeken naar houvast. Ze zijn het niet gewend dat ik geen antwoord geef. Dat ik hun spanning niet opvang.
Het is lastig om te zien, maar ook bevrijdend. Want in die kleine stiltes ontstaat iets nieuws: verantwoordelijkheid die niet van mij is.
Ik begin te vermoeden dat dit de ware oefening is — niet loslaten in de grote, spirituele zin, maar in het alledaagse. Niet elke brand blussen, niet elk verdriet gladstrijken, niet elke stilte vullen. Gewoon even niets doen, ook al voelt dat tegennatuurlijk.
Er is een zekere eenzaamheid in deze fase. Wie jarenlang de rust bewaakte, ontdekt pas laat dat rust houden voor jezelf iets anders is dan rust brengen bij anderen. De eerste vraagt moed, de tweede vraagt aanpassing.

En ik ben moe van aanpassen.

Soms fantaseer ik hoe het zou zijn als ik de rollen even omdraai. Dat iemand anders zegt: “Ik vang het wel even op, jij hoeft niet.” Alleen al het idee voelt onwennig, bijna beschamend. Alsof ik iets vraag wat ik niet verdien. Maar misschien is dat precies waar herstel begint — bij het toelaten dat ik niet onuitputtelijk hoef te zijn. Dat er liefde kan bestaan zonder dat ik hem voortdurend moet bewijzen door te geven.

Ik weet niet of ik dit echt ga leren. Misschien blijf ik altijd een beetje die oplosser, die raadgever. Misschien is dat gewoon verweven met wie ik ben. Maar ik probeer er tenminste bewust in te ademen. Iets langer te wachten voor ik “ja” zeg. Iets minder haast te hebben met het dragen van andermans last.
Geen grote verandering. Geen mooie conclusie. Alleen de wil om niet opnieuw mezelf te verliezen in het helpen van iedereen die ik liefheb.

En dat moet maar genoeg zijn. Voor nu.

Ik ben schrijver, moeder, bonusmoeder en pleegmoeder. Ik schrijf over het leven zoals het werkelijk voelt — met liefde, schuld, ruis en alles ertussenin.

zaterdag 24 september 2022

We zijn allemaal mensen met allemaal onze fouten

De vakantie is weer voorbij en het normale leven is weer begonnen. In hoever je ons leven normaal kunt noemen natuurlijk. Hier speelt altijd wel iets. Hoeveel keer er al tegen mij is gezegd dat ik een boek moet schrijven is niet op meer op één hand te tellen. Misschien dat het er ooit een keer van gaat komen als ik meer rust in mijn leven heb, nu is het nog te veel vliegen en hollen om alles op de rit te houden. Ik moet zeggen dat ik er wel steeds beter tegen kan, tegen alles wat op ons wordt afgevuurd.

Je wordt er hard van denk ik, of je kunt makkelijker de knop omzetten. Ook helpt het dat we nu andere keuzes maken, eerst ons gezin en dan de rest. Dat is ook de reden dat ik zakelijk gezien ook een stap terug heb genomen, meer rust en stabiliteit. De afgelopen maanden hebben er dan ook aardig ingehakt. De verbouwing en verhuizing naar ons nieuwe huis in Teteringen en natuurlijk werk en een gezin met 2 kleine kinderen wat 'gewoon' door moet draaien. Daarbij leg ik mezelf ook vaak dingen op waarvan ik vind dat het moet. Zoals een schoon en opgeruimd huis, een gezonde maaltijd op tafel en er altijd zijn voor mijn man en kinderen. De druk is hoog. Ik wil dan ook nog maatschappelijk bijdragen dus heb niet alleen een kinderkledingketting opgezet samen met iemand anders. Ik ben ook nog in de pleegouderraad gegaan bij Sterk Huis. Dat laatste levert buiten dat het tijd kost ook energie en een goed gevoel op, wat voor mij belangrijk is. 

Maar ik ben zeker ook geen heilige, sommige dingen vind ik moeilijk, snap ik niet en kan ik moeilijk mee omgaan. Zo ben ik blij dat ik eindelijk mijn kleinzoon heb mogen ontmoeten maar doet het pijn en steekt het dat ik zoveel van zijn leven heb gemist en nog moet missen. Ik kan er met de beste wil van de wereld niet bij waarom iemand een kind bij zijn familie weg wil houden. Zeker omdat hier geen enkele gegronde reden voor is. Gelukkig is dit ook door de rechter zo bepaald en gaat er hopelijk in de toekomst verandering in komen. Ik vraag mezelf alleen af of ik het ooit kan vergeten en vergeven, het heeft me echt veel pijn en verdriet gedaan dat we zo buitengesloten zijn. Wat we ook doen of zeggen het wordt altijd verkeerd uitgelegd. Proberen we contact te krijgen dan zijn we aan het stalken, laten we niets horen dan tonen we geen interesse. We doen het nooit goed en er is altijd een reden om het contact niet toe te staan. Zo lastig om mee om te gaan en om rustig te blijven, steeds vriendelijk te blijven en proberen geen verkeerde dingen te zeggen. Het voelt krom om wel voor het kindje van mijn broer te mogen zorgen maar aan de andere kant niet het recht te hebben je eigen kleinzoon te zien.

Met ons kruimeltje gaat het gelukkig allemaal heel erg goed. Het contact met haar familie verloopt goed en het is fijn dat daar steeds meer ruimte komt voor omgang. Zo gaat ze binnenkort voor het eerst logeren bij opa en oma, waar natuurlijk erg naar uitgekeken wordt. Ze is erbij met belangrijke dagen zoals een communie van haar nichtje en straks de bruiloft van haar oma, zoals het hoort, zoals familie bij elkaar is op belangrijke momenten. Zo hoop ik dat ons kruimeltje alle liefde krijgt die ze verdient van al haar familieleden en een mooie band kan opbouwen en herinneringen kan maken. Ook haar papa is weer teug in haar leven en hoe moeilijk soms ook, ook daar moet weer een band mee opgebouwd worden. Niet omdat ik vind dat hij dat verdient maar omdat ik vind dat ons kruimeltje dat verdient. Wat hij ook doet of gedaan heeft hij is en blijft haar papa en zij verdient het om hem te leren kennen zonder dat wij daar allerlei oordelen over hebben. Dat betekent dat we soms onszelf en ons eigen gevoel opzij moeten zetten in haar belang. Ze verdient het om te weten waar ze vandaan komt, wie haar papa is en wie haar mama is. Want ook al is haar mama niet meer in leven toch blijven we haar herinneren in de kleine dingen. Besteden we er aandacht aan, op een manier die bij ons past en die aansluit bij haar leeftijd. We doen ons best en hopelijk is dat genoeg.

Zo modderen we maar verder aan en doen wat we kunnen. Soms is dat ook genoeg maar soms ook niet, of wordt het in ieder geval niet zo opgevat. Zo ervaren we allemaal iets anders en hebben we allemaal onze eigen waarheid. Ik heb als zo vaak ervaren dat ik iets met de beste bedoelingen deed en iemand anders toch gekwetst was. Raar toch hoe dat soms werkt? Zo kan iets onschuldigs toch uitpakken alsof je iemand bewust wilde kwetsen. Ik had er vroeger een hekel aan als mijn moeder achter mijn aan kwam als ik boos was, ik wilde met rust gelaten worden, tot rust komen, er over nadenken. Dus bij mijn eigen kinderen liet ik ze gaan als ze boos waren, met de gedachte dat als ze afgekoeld waren ze vanzelf naar mij toe zouden komen. Nu mijn kinderen volwassen zijn hoor ik dat ze juist gewild hadden dat ik naar ze toe kwam, dat ze juist mijn aanwezigheid wilden en het als extra straf hebben ervaart dat ik niet achter ze aan kwam als ze boos wegliepen. Kinderen ervaren alles in de pubertijd anders dan wij ze bedoelen daar ben ik ondertussen wel achter. Ik kan alleen maar hopen dat wanneer ze volwassen zijn ze zullen beseffen dat we alles met de beste intenties en uit liefde hebben gedaan. We zijn tenslotte allemaal maar mensen die allemaal fouten maken, maar we zijn niet onze fouten we zijn familie. 

vrijdag 1 januari 2021

Het nieuwe jaar 2021


Keep the smile, leave the tear!
Hold the laugh, forget the fear.


~2020~
Was 2020 een slecht jaar? Zoals bijna iedereen heb ik de neiging om ja te zeggen omdat het zo'n vreemd jaar was. Maar ik zie ook veel prachtige momenten.
Het jaar waarin Maikel een eigen huis heeft gekocht. Waarin hij vader is geworden, maar helaas geen vader mag zijn! En ik oma van een kleinzoon die ik nog niet heb gezien. Wendy die dit jaar in Made ging wonen en met wie mijn band sterker dan ooit is geworden. Amy die dit jaar zonder luiers en zonder tutje verder ging. Het jaar waarin mijn vader weer thuis was. En ook het jaar waarin ik tante en pleegmoeder werd. Corona overheerste niet ons leven! Ons bedrijf floreerde. Mijn kinderen, mijn kanjer en familie zijn allemaal gezond en dit is misschien wel het mooiste van 2020.
2020 je was zeker geen slecht jaar. Ik wil dan ook iedereen bedanken die er in 2020 voor ons is geweest, met een lach en een traan met droevige maar vooral ook heel veel mooie momenten. Ik wens jullie in elk geval een heel mooi en gezond 2021!